Bob, vertel eens: wat is er zo bijzonder is aan deze componisten?
Allereerst de kwaliteit van veel van hun composities; we kunnen gerust stellen dat het ze tot de top tien behoren van de grootste Nederlandse componisten van de 19e eeuw, maar toch zo goed als onbekend zijn gebleven. Andere relatief onbekende grootheden van Nederlandse bodem zijn bijv. Daniël de Lange en Dirk Schäfer.
Hoe verhouden ze zich tot het buitenland?
Nou, hun beste composities zijn van internationaal topniveau en verdienen naar onze mening een vaste plek in het gespeelde repertoire. Veelzeggend is bijvoorbeeld dat G. I. van Eijken in zijn studiejaren in Leipzig werd beschouwd als een supertalent van het kaliber van Mendelssohn en Schumann.
Hoe komt het dat men deze Nederlandse componisten hier nauwelijks kent?
Dat heeft met een aantal dingen te maken: Bij van Eijken en Brandts Buys zien we dat zij al op jonge leeftijd naar het buitenland vertrokken terwijl andere Nederlandse componisten hun land trouw bleven. Schlegel is wel altijd in Nederland gebleven maar heeft zijn composities tijdens zijn leven weinig naar buiten gebracht. Hij had wél een grote reputatie als pianist maar we moeten ons realiseren dat het vak “componist” in het 19e eeuwse Nederland weinig aanzien had. Prioriteit had uiteraard het krijgen van brood op de plank met concerten en lesgeven; componeren dat deed je maar in je vrije tijd.
Vertel eens wat specifieks over deze sonates?
De van Eijken sonate heeft twee gezichten: Met name in het 1e deel voelen we een vulkanische explosieve kracht en zeer tedere lyriek die elkaar zeer plotseling kunnen afwisselen. Als luisteraar weet je dus nooit wat je kan verwachten en blijf je op het puntje van je stoel zitten! Met deze haast schizofrene stemmingswisselingen vertoont hij veel overeenkomsten met de muziek van Schumann. De prachtige melodieën van de thema’s doen sterk aan Mendelssohn denken. Deze melodieën zijn zo aanstekelijk dat ze niet alleen lang in het hoofd blijven door zingen, maar dat de luisteraar bij de eerste kennismaking een eigenaardige “déja entendu” kan krijgen, dat hij de muziek al kent!
Het bijzondere van De Schlegel sonate is dat het zijn wortels nog heeft in de tradioneel klassieke vormen waarmee het overeenkomsten vertoont met Brahms, maar dat het zich van daaruit heeft doorontwikkeld tot een veel grotere complexiteit qua verhaallijn. Net als bij de muziek van bijv. Mahler belandt de luisteraar in een emotinele rollercoaster: van diep verzonken in gedachten tot uiterst hysterisch!